Het BBV op hoofdlijnen – gevolgen voor beheer van de openbare ruimte
Het BBV is in 2017 ingrijpend gewijzigd. Daaruit vloeiden uiteenlopende veranderingen voort die gemeenten inmiddels hebben doorgevoerd in hun begroting. Het gaat onder meer om een nieuwe indeling in taakvelden, het verplicht activeren van alle investeringsuitgaven, en een uniforme set van beleidsindicatoren.
Voor de openbare ruimte is het meest van belang dat investeringen met maatschappelijk nut (zoals wegen, plantsoenen en bruggen) voortaan verplicht moeten worden geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur worden afgeschreven. Op deze manier betalen de mensen die op dat moment de openbare ruimte gebruiken voor de openbare ruimte. Het oude BBV (2004) gaf gemeenten meer vrijheid om te kiezen of dergelijke investeringen worden geactiveerd. Het advies was zelfs om deze investeringen zo snel mogelijk af te schrijven. Deze beleidsvrijheid is nu vervallen, onder meer om dat deze keuzevrijheid van de gemeenten de vergelijkbaarheid tussen gemeenten verstoorde.
Verplicht activeren
Investeringen voor uitbreidingen en voor vervangingen worden vanaf 2017 dus verplicht geactiveerd. Veel openbare ruimte is in het verleden binnen grondexploitaties of met inzet van (rijks)subsidies eenmalig gefinancierd. Gevolg is dat er nu, veertig jaar of nog meer jaren later, geen financiële ruimte is voor vervangingen.
Vervangingen die de komende jaren steeds meer noodzakelijk zijn om de openbare ruimte in stand te houden. Door deze investeringen te activeren beslaan de kapitaallasten straks een groter deel van de begroting. Voordeel is wel dat de gemeente over een permanente dekking beschikt als gevolg van de vrijval van kapitaallasten. Overigens blijft het nog wel mogelijk om investeringen van een kleinere omvang nog steeds ten laste te brengen van de exploitatie. Denk bijvoorbeeld aan straatmeubilair, zoals banken en afvalbakken. Hier zijn door de gemeenteraad kaders voor vast te stellen.
Activeren groot onderhoud
Naast vervangingen moeten ook de kosten van levensduurverlengend groot onderhoud geactiveerd worden. Hiervan is sprake als de ingreep ervoor zorgt dat een weg, beschoeiing of brug, substantieel langer mee gaat dan de beoogde levensduur en de daaraan gekoppelde afschrijvingstermijn.
Aan de beheerders om bewuste en zorgvuldige afwegingen te maken ten aanzien van het onderhoud: welke maatregel is het meest economisch om de gewenste kwaliteit in stand te houden en wat betekent dit voor de dekking (exploitatie of activeren).
Vanaf 2018 is de nieuwe notitie ‘Materiële Vaste Activa’ relevant. Deze nieuwe notitie is een overkoepelende notitie die veel oude noties vervangt. Het gaat onder andere over onderhoud kapitaalgoederen, afschrijven, waarderen, beheerplannen in relatie tot voorzieningen etc. Allemaal onderwerpen waar u als beheerder van de openbare ruimte mee te maken heeft. Het is belangrijk om de hoofdlijnen van deze nieuwe notitie te kennen.
Meer weten over het BBV en de gevolgen voor het beheer van de openbare ruimte. Wij verzorgen masterclasses en kunnen een kansenonderzoek voor u uitvoeren. Neem contact op met een van onze adviseurs.
0 comments on Het BBV op hoofdlijnen – gevolgen voor beheer van de openbare ruimte